De Spaanse aak is een struik of kleine boom die ook veel toegepast wordt als haag. De takken zijn vaak mooi kronkelig en op wat oudere takken komen mooie kurklijsten. De Spaanse aak is geschikt voor bijna alle bodemsoorten behalve voor zeer droge of zeer natte bodems. Deze kleine boom groeit van nature aan de randen van beuken- en haagbeukenbos. 

De bloemen zijn een goede bron van nectar en worden goed bezocht door bijen en andere insecten. De zaden worden gegeten door de groenling, de appelvink en andere volgels!

Frangula alnus wordt ook vuilboom of sporkehout genoemd. De plant lijkt een beetje op wegedoorn. Dit is een kleine en bladverliezende boom die tot 7 meter hoog kan worden. De soort is een waardplant voor verschillende vlinders en motten en de bessen worden door de volgels gegeten. Door de lange bloeitijd is het ook een goede boom voor honingbijen. 

Malus sylvestris is een kleine, bladverliezende appelboom, met een niet te hoog opgaande vorm en een koepelvormige kroon. Malus sylvestris bloeit in april en mei, met geurende, enkelvoudige, witte bloemen  Later gevolgd door geelgroene, kleine appeltjes die zeer bruikbaar zijn voor gelei. Malus sylvestris houdt van een standplaats in volle zon of lichte schaduw en een goed doorlatende grondsoort. Deze boom levert nectar en stuifmeel voor bijen en hommels, en vruchten voor vogels. 

De stamvader van onze fruitboom de kers is de zoeter wilde kers. Deze bomen die we in onze loofbossen kunnen vinden vallen vanaf medio april en begin mei op door de mooie witte bloesem. De boom kan 15-20 meter hoog worden en groeit op alle grondsoorten met een voorkeur voor humusrijke waterdoorlatende gronden.  De wilde kers is een goede drachtboom voor bijen en de vruchten zijn eetbaar voor vogels, maar ook voor mensen.